donderdag 15 november 2007

Wat doe je als je kindermishandeling vermoedt?

Kindermishandeling
Je staat er misschien niet zo vaak bij stil dat een kind slachtoffer kan zijn van mishandeling. Toch komt het overal voor; in Nederland zijn naar schatting 50 tot 80 duizend kinderen per jaar slachtoffer van kindermishandeling. wat meot je doen als je het vermoedt? In nderland komt er een verplichte meldcode.

Heel belangrijk is dat als je contact hebt gehad met professionele hulp dat je dan ook met de ouders praat. En eventueel met je leidinggevende. Als je het de ouders gaat vragen moet je dat postief en voorzichtig doen.
Je moet zoveel mogelijk feitelijke informatie geven en niet spreken van 'mishandeling'.
je kan vragen hoe het thuis gaat en of er misschien bijzondere omstandigheden zijn zoals de geboorte van van een broertje of zusje.
Het doel van het gesprek is dat je de ouders betrekt in jouw zorg om het kind, en meer informatie verkrijgtn over de thuissituatie.
je moet je ook beseffebn dat de ouders ook van niks kunnen weten bijv. wanneer het de oppas betreft.


Vertrouwen
Voor een kind die mishandeld word is het elke dag weer een gevecht om te overleven. Deze kinderen hebben het recht om op bescherming en hulp van iedereen die met het kind te maken heeft, het liefst zo vroeg mogelijk. De leidsters hebben inteseif contact met de kinderen zij zien en spreken ook regelmatig de ouders ervan. Daarmee zijn kindercentra's een belangrijke plaats waar gesignaleerd kan worden dat het kind zich niet goed ontwikkeld, of dat ouders ondersteuning nogid hebben bij de opvoeding van hun kind.

Meldcode:
Kindercentra's hebben een taak in het volgen van de ontwikkeling van ee kind. Leidsters hebben een verantwoordelijkheid in het signaleren van problemen in de ontwikkeling en het gedrag van kinderen. Zij hebben ook de verantwoordelijkheid in het doorverwijzen naar instanties die een rol kunnen hebben in de aanpak van kindermishandelingstaatsecretaris.
Ze willen hier in Nederland de meldcode kindermishandeling verplicht gaan stellen voor beroepskrachten wanneer er een vermoeden van kindermishandeling is.
Hoe vermoed je kindermishandeling:

fase 1: De leidster heeft een vermoeden
De leidster observeert en vraagt haar collega's dat ook te doen.
fase 2: De leidster bespreekt het onderbouwde vermoeden in een overleggroep
samen met de andere leidsters maken ze een overleggroep aan.
fase 3: Het uitvoeren van een plan van aanpak
de (hoofd- leidster) neemt contact op met het AMK voor advies.
fase 4: Beslissing
de overleggroep komt bij elkaar om samen een beslissing te nemen.
fase 5: Handelen
als de vermoedends niet onderbouwd kunnen worden, worden de persoonlijke aantekeningen
vernietigd en wordt de zaak afgesloten.
fase 6: evaluatie
de overleggroep evalueert de gang van zaken.
fase 7: Nazorg
de leidsters blijven alert op het welzijn van het kind. er word opnieuw contact opgenomen met het AMK als er extra signlen en zorgen zijn.


Geen opmerkingen: